Het einde van de Vietnam-oorlog ligt al zo’n 40 jaar achter ons, maar nog steeds verschijnen er erg goeie boeken over deze toch –voor de Verenigde Staten- in meerdere opzichten bijzondere oorlog. In 1984 kwam het beroemde boek Chickenhawk van ex-UH-1-piloot Robert Mason uit, en dan opeens in 2009 was er het een boek van Jim Hooper over een groep piloten en observers die deel uit maakten van de 220th Aviation Compagny. ‘Matterhorn’ van Karl Marlantes uit 2010 en al die andere Vietnamboeken laten we voor dit moment even buiten beschouwing! Jim Hooper heeft met ‘A hundred feet over hell’ op creatieve knappe wijze een ‘wannahave’ toegevoegd aan het ‘best-off- luchtvaartboeken-spectrum’.
Jim Hooper neemt je mee naar 1968 en 1969 en specifieker naar de ‘Demilitarized Zone’ (DMZ) langs de Ben Hai- rivier die de scheiding vormde tussen Noord en Zuid Vietnam. Zijn broer Bill Hooper zat bij een onderdeel van de US Army dat ook wel ‘Catkillers’ genoemd werd. Dit onderdeel, om precies te zijn het 1st platoon van the 220th Reconnaissance Aviation company, vloog met de militaire variant van een Cessna 170 missies vanaf Dong Ha en hield zich voornamelijk bezig met surveilleren, verkennen en het regelen van close air support rondom de DMZ. Ik zie u denken ‘close air support-missies met Cessna’s?’. Het antwoord is; Ja, close air support-missies met Cessna’s. Het waren Cessna’s die in de militaire versie van toen ‘O-1 Bird Dog’ (de O is van Observation) genoemd werden. In het boek zet de schrijver met name zijn broer Bill Hooper centraal, die bij dit bijzondere onderdeel vloog maar eingelijk is het boek tevens een ode aan alle Catkillers die een erg gevaarlijke taak hadden.
Wat deed dit onderdeel? Kort gezegd hielden de Bird Dogs zich met name bezig met het coördineren van steun vanuit de lucht aan Amerikaanse troepen op de grond. Dit gebeurde voor allerlei situaties zoals bijvoorbeeld die waarin grondtroepen in het nauw gedreven werden door het Noord- Vietnamese leger en bombardementen op Vietnamese stellingen. Soldaten en stellingen van het Noord-Vietnamese leger werden via de Bird Dogs onder vuur genomen.
Hoe ging dit in zijn werk? Vaak werd er door grondtroepen steun van de Bird Dogs gevraagd. ‘Wat moet je dan met Cessna’s zul je denken?’, maar de bemanningen van de Cessna’s bewezen in die tijd hun collega’s op de grond grote diensten. De Bird Dog-piloten zorgden op diverse manieren er voor dat vijandelijke stellingen bestookt werden. Vaak werd het doel vanaf korte afstand gemarkeerd door een raket met fosfor vanaf de O-1 af te schieten die zorgde voor een kleine ontploffing en witte rook. Vervolgens werden in samenwerking met het DASC Direct Air Support Centre (DASC) te Dong Ha straaljagers van de Marines zoals Skyhawks en Phantoms ingevlogen die de vijand met ‘nape’ (napalm) en andere narigheid bestookten.
Er waren ook twee andere manieren om de vijand onder vuur te nemen. Er werden dan coördinaten doorgegeven aan in Zuid- Vietnam opgestelde batterijen kanonnen of aan de uit de tweede wereldoorlog stammende oorlogsbodem USS New Jersey (met kogels van meer dan 40 cm dik!). De Bird Dogs vlogen meestal niet al te hoog boven en in de buurt van de onderlinge beschietingen en moesten het dan vaak ook zelf ontgelden met Noord-Vietnamese kogels door vleugels, romp of ernstiger. Dat verklaart voor een gedeelte waarom er tijdens de Vietnam-oorlog 469 Bird-Dogs verloren zijn gegaan.
Als je dit meeslepende boek leest is het bijna niet voor te stellen dat de Cessna’s zo’n cruciale rol bij de bombardementen speelden. Dat doen we tegenwoordiger toch veel veiliger vanaf afstand met al die high tech! Kun je je voorstellen dat je vanuit je Cessna tussen de rondvliegende kogels doorscheurt terwijl je wat F-16’s inschakelt?! Uiteindelijk kwam Bill Hooper als piloot ook zelf in de problemen. Zijn mayday call kun je alvast beluisteren via http://www.catkillers.org/history-miracle1969.htm. Op deze site vind je tevens meer info over de ‘Catkillers’. Treffend beschreven vond ik de genante medaille-jacht van enkele hogere officieren, maar ook de anekdote over piloot Neil die de druk om te moeten vliegen en de bijkomende angsten niet meer aankon. Nee, vind je het gek?!
De schrijver heeft talloze interviews gevoerd met piloten, observanten die achter in zaten, grondcrew, manschappen en leidinggevenden van grondtroepen. Uitspraken en herinneringen zijn vervolgens op inventieve wijze verweven met elkaar zodat dit schitterende boek kon ontstaan. Jim Hoopers’ boek zuigt je mee in de cockpit en het leven aldaar doordat –nog even los van de spannende en boeiende inhoud- bijna overal in de ik-of wij-vorm geschreven. Dichter bij de gevechten, stress, vermoeidheid, een berg moed en spanning kun je haast niet komen. Voor in het boek zitten goede kaartjes die je af en toe wat steun geven bij het plaatsen van namen van locaties. Ondanks het feit dat Jim Hooper zélf niet gevlogen heeft in deze oorlog is het hem gelukt een topper te produceren waarmee hij zich familie van Robert Mason mag wanen!
Dear René—
Your review captured the essence of my book, A Hundred Feet Over Hell. With the prevalence of Predator and Reaper drones in today’s war-fighting arsenal, it is difficult to imagine unarmoured, 100-knot Cessnas filling that rôle. Flown by young pilots straight out of flight school, and at insanely low altitudes, the Bird Dogs were vulnerable to every weapon on the battlefield. Although there were 17 USAF and US Army L-19/O-1 Bird units in Vietnam, only the “Catkillers” operated over the so-called “Demilitarized Zone,” where there were more North Vietnamese Army and Viet Cong troops than in the rest of the country combined. With its 213hp engine and armed only with four smoke rockets, the Bird Dog was the last fixed-wing American military aircraft to go into combat with its windows open. It may not have been a sexy airplane, but the pilots who flew it saved thousands of lives by calling in artillery and air strikes on the enemy. For the Marine and Army infantrymen fighting in I Corps tactical zone, the Catkillers were truly their guardian angels.
Jim Hooper
Thanks for your comment Jim! It is a great compelling book to read. I will start reading your book ‘Koevoet’ very soon. Bye, René Verjans